Het verkeer wordt in Nederland geregeld volgens het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990), dat voor het laatst gewijzigd werd op 1 januari 2020. Omdat er de laatste jaren steeds weer nieuwe vervoermiddelen bij komen, in allerlei vormen en maten, en met verschillende snelheden, is aanpassing van deze regelgeving telkens nodig.

Beestenmarkt LeidenDe Voetgangersbeweging staat een functioneel weggebruik voor, in plaats van een weggebruik dat gebaseerd is op louter het in banen scheiden van verschillende voertuigtypes. De inrichting van de weg, straat of pad, moet aan het functionele gebruik zijn aangepast. De snelheid van auto's in stedelijk gebied zal steeds meer ter discussie staan. Bij voorbeeld maximaal 30 km/uur in woonwijken, in straten met klinkers, en alleen voor het doorgaande verkeer asfaltwegen waar maximaal 50 km/uur gereden mag worden. Allereerst moet er echter overal voldoende brede en veilige fiets- en voetgangersruimte ingepland worden. In veel steden staat nu de fiets op één, maar dat moet niet ten koste gaan van de toch al schaarse voetgangersruimte. Zowel fietser als voetganger verdienen voldoende ruimte. 

De belangrijkste artikelen in het RVV 1990 voor voetgangers zijn de nummers: 
2, 4, 7, 9, 18.1, 20c + 21c, 27, 37, 44, 49, 74 en 92.

Het RVV 1990 is hier te raadplegen:https://wetten.overheid.nl/BWBR0004825/2020-01-01

Tegen artikel 27Fietsen en bromfietsen worden geplaatst op het trottoir, op het voetpad of in de berm dan wel op andere door het bevoegde gezag aangewezen plaatsen– heeft de Voetgangersbeweging grote bezwaren. Het trottoir of het voetpad is bedoeld voor voetgangers en dient over een minimale breedte van 2 meter blokkadevrij te zijn. Slechts wanneer daarvoor extra ruimte is gemaakt kunnen daar, in speciale vakken of rekken, fietsen en bromfietsen worden geplaatst, en dan nog het liefst náást de stoep.